Spanjemonument
‘Spanjemonument‘ Amsterdam Noord
In 1936 werd de toen net gestichte Spaanse republiek bedreigd door een opstand van de in Noord Afrika gelegerde generaal Franco. Toen de noodoproep aan de Westerse democratieën niet verhoord werd, trokken intellectuelen en arbeiders, die het gevaar van het fascisme als politieke beweging onderkenden naar Spanje om dienst te nemen in de internationale Brigades. Uit Nederland togen 1400 vrijwilligers naar het Spaanse front. Velen van hen zouden niet terug keren. De overlevenden werden thuis gestraft doordat hen het Nederlanderschap werd afgenomen. Zij hadden immers dienst genomen in een vreemde krijgsmacht. Pas decennia na de oorlog kregen de voormalige Spanje – strijders hun Nederlanderschap terug. Zij voelden zich pas helemaal gerehabiliteerd toen de gemeente Amsterdam besloot om de Nederlandse deelnemers aan de internationale Brigades te eren met een in Noord – Amsterdam te plaatsen monument dat moet herinneren aan de anti – fascistische tijd van toen, maar ook gezien moet worden als een permanente waarschuwing tegen elke nieuwe bedreiging van vrijheid en democratie
In 1984 schreef de Amsterdamse kunstraad een opdrachtcompetitie uit in de landelijke vakbladen, waarop 47 beeldhouwers, onder wie heel wat prominenten reageerden. Vier kunstenaars werden geselecteerd die een schetsontwerp mochten uitvoeren; Eddy Roos kreeg uiteindelijk de opdracht. Kern van zijn concept was een vrij in de ruimte zwevende dubbelfiguur te gaan maken van twee vrouwen die elkaar omhelzen. Voor hem het symbool van de vrijheid. Als verklaard tegenstander van een historisch – realistische visie die zijns inziens maar al te vaak in tuttigheid omslaat, koos hij voor een symboliek waarbij de bij de opdrachtprocedure betrokken, nog steeds zeer strijdbare Spanje gangers, het aanvankelijk moeilijk hadden. Ze lieten zich door Eddy Roos overtuigen en vochten naderhand als leeuwen voor hem, toen bleek dat het beschikbaar gestelde budget lang niet toereikend was voor de ambitieuze opzet van Eddy Roos. In het kader van diens beeldplan om zijn dubbelfiguur hoog door de ruimte te laten zweven, had hij gekozen voor een kostbare spiraal – constructie. Een motief dat hij ontleende aan Vladimir Tatlins beroemde ontwerp voor het monument van de Derde-Wereld Internationale uit 1919 en aan een door zijn vriend en collega Harm van Weerden ontworpen sierbestrating, waarin zich de dynamische wenteling zou herhalen.
Met dit beeld beoogt Eddy Roos een totaalbeweging tot stand te brengen, een vormenstelsel. “De figuren pas ik in de spiraal – beweging in, zodat als je naar boven kijkt je een gevoel van vrijheid beleeft. Je kunt mensen iets laten beleven door een vorm. Dat is een elementair gegeven. Je bereikt zo vaak veel meer dan door een verhaaltje te vertellen. Althans, dat is de bedoeling. een dergelijk effect moet het hebben als ik mijn werk goed doe”. Voor zijn opdracht verdiepte Eddy Roos, die al in zijn studietijd erg onder de indruk was van de Spaanse dichter Marcos Ana, zich terdege in de geschiedenis van de Spaanse Burgeroorlog. Hij toog ook zelf naar Spanje, waar hij gastvrij ontvangen werd door Ana die onder Franco 21 jaar gevangen had gezeten. Eddy Roos werd vooral geïntrigeerd door de wisselwerking tussen de kunstenaars en het maatschappelijk leven ten tijde van de republiek. Dat besef van een eigen cultuur leverde een hechte verbondenheid op. Ga maar na, al die liederen van dichters die overal gezongen werden. Uit respect voor het uiteindelijke ontwerp, besloot de gemeente Amsterdam een andere plaats voor het beeld te zoeken dan het drukke markt en winkelplein waarvoor het oorspronkelijk voor gedacht was. De nieuwe lokatie werd naar het beeld vernoemd.